Meer dan een eeuw actief voor Hoorns erfgoed

Hoorn in de Middeleeuwen

Derde hoofdstuk: Bloei (± 1460 - ± 1477)

Pagina 58

… Holland en Deventer, dat in 1468 nog niet beëindigd was. Philips de Goede verbood den Hollandschen kooplieden het bezoek aan de Deventer markt in die periode. Ook Karel, die zijn vader in 1467 was opgevolgd, handhaafde dat verbod, aangezien Deventer zich in een twist over onredelijke lasten niet aan een uitspraak van Karel en den bisschop van Utrecht had willen onderwerpen. 1 Zutfen waarschuwde Hoorn in 1465 bij het bezoek aan de Meimarkt niet langs Deventer te varen. 2 Het verkeer met Harderwijk werd daarentegen drukker, daar schout en burgemeesteren van die stad verschillende voorrechten aan de kooplieden van Holland, Zeeland en West-Friesland toestonden, o.a. vrijgeleide en tolvrijheid van onderscheidene waren. 3 Hertog Philips verleende den kooplieden zijn toestemming om de Harderwijkermarkt te bezoeken, maar handhaafde op een boete van honderd leeuwen zijn verbod over het bezoek aan Deventer. 4

De strijd met de IJselstad duurde voort. 5 In 1467, leest men, had de Hoornsche schout, ingevolge voorschriften van den hertog beslag gelegd op 122 mud rogge, toebehoorend aan een poorter van Deventer en later nog op 6 last van dezelfde graansoort. Afgevaardigden van Hoorn verzochten den stadhouder en de raden van het Hof van Holland den schout te gelasten vonnis te vellen en den schipper vrij te laten varen, beducht als ze waren voor represailles. 6

Eenige maanden daarna vroegen de steden van „Noort-Holland en Vrieslant” hertog Karel, Deventer te dwingen 's Hertogs onderdanen vrij den IJsel op en af te laten varen op de oude tolvoorwaarden of wel de inwoners van die stad en alle ingezetenen van het Sticht te verbieden in zijn landen te komen en zijn eigen onderzaten te gelasten geen goederen naar het Sticht te vervoeren. Dat de handel met Deventer verboden was, trof alleen den Hollanders, want die stad dreef toch handel met de Bourgondische gewesten door middel van burgers van Utrecht, Zwolle en Kampen. 7 In aansluiting met dit verzoek vroegen ze den stadhouder te gelasten, dat het den ingezetenen van „Gelrelant, …

1 Inv. G. A.: regest, Nos. 737. 738.
2 Inv. G. A.: regest, No. 716; Rek. 1464 spreken van dagvaarten te Den Haag en Gorinchem gehouden.
3 Inv. G. A.: regest, No. 697.
4 Inv. G. A.: regest, Nos. 698. 699.
5 Aanvulling No. 727a.
6 Inv. G. A.: regest, Nos. 739, 741, 763.
7 Inv. G. A.: regest., No. 742.