Meer dan een eeuw actief voor Hoorns erfgoed

Ach Lieve Tijd 7: Zeven eeuwen Hoorn,
zijn bewoners en hun handel

Naar verre landen

In 1356 verleende graaf Willem V de plaats stadsrechten. Voor de handel was vooral van belang dat inwoners van Hoorn werden vrijgesteld van het betalen van tolgeld in het hele graafschap Holland. Hoornse schippers voeren toen al op Engeland. In datzelfde jaar 1356 was Geeraert Bake met zijn schip in Lynn bij Norwich aan de Engelse oostkust. Van schipper Simon Holtman weten we dat hij met zijn schip Halygast in 1380 in New-Castle on Tyne lag. Zijn vracht bestond bij aankomst uit linnen en paling en bij zijn vertrek was het ruim gevuld met kolen en talk. Andere Hoornse schippers vervoerden lakense stoffen naar Engelse havens, maar ook gerookte haring, uien, spek, gedroogde schol en zelfs molenstenen.

In 1606 liep het eerste schip van de V.O.C. de haven binnen, beladen met kostbare specerijen. Het eerste pakhuis aan Onder de Boompjes was toen maar net gereed. Het tweede, links op deze foto, volgde spoedig en kreeg een fraaie gevelsteen waarop twee koopvaardijschepen zijn afgebeeld (Coll. W.F.H. Robat).

In 1381 werd in Hoorn het Sint Gertrudisgilde opgericht, het gilde van de binnenschippers en de Rijnschippers die op Duitsland voeren. Naar de havens aan de Oostzee werden boter en kaas, zout, bier, haring en laken vervoerd. Op de terugweg namen de schippers graan mee en materialen voor de zich ontwikkelende scheepsbouw, zoals hout, pek, teer en vlas.

18de-eeuws bordje, waarop de kreet ‘weg gekke actionisten’ is te lezen. Die slaat op de handel in actiën of aandelen. De hoge uitbetalingen die een aandeel in de V.O.C.-schepen opleverde, maakten het bezit van zo'n waardepapier zeer aanlokkelijk. Al gauw werden aandelen gekocht met als enige bedoeling ze met winst door te verkopen. Een winst van 150% op een dag was geen uitzondering. Zwendel kon niet uitblijven. Rond 1720 ontdekte menig aandeelhouder tot zijn schrik dat hij zijn geld had gestoken in puur verzonnen of niet te realiseren ondernemingen, zoals tabaksteelt in het Gooi of in het wilde weg ‘handel over de gehele wereld’. Voor heel wat mensen betekende dit het definitieve einde van de gouden eeuw (WFM).

In Hoorn werd van oudsher veel bier verhandeld. Goed drinkwater was er niet in de middeleeuwen. Daarom dronk men voornamelijk bier, dat overigens maar weinig alcohol bevatte. Aanvankelijk werd het meeste bier geïmporteerd, vooral uit Hamburg. Aan het einde van de veertiende eeuw telde deze stad maar liefst 457 brouwerijen, waarvan er 127 speciaal voor Amsterdam produceerden. Een aanzienlijk deel van dit bier werd in de Hoornse haven overgeladen in kleinere schepen die het verder vervoerden naar Amsterdam.

550
Zeegezicht van Pieter Blauw (1744-1808). Deze aquarel is een ontwerp voor de behangselfabriek van de Vaderlandsche Maatschappij. Blauw was in feite schipper, maar daar was in zijn tijd geen werk voor. Wel was er vraag naar kamerbrede zeegezichten voor de huizen van kooplieden die hun geld verstandig hadden belegd. Zo kwam Blauw ertoe zijn tekentalent te ontwikkelen (WFM).