Van de noordelijke vleugel is niets meer van de oorspronkelijke bouwtijd over. Reeds in 1740 is deze vermoedelijk grotendeels vernieuwd en wederom ingrijpend gewijzigd tijdens de bouw van het Rozenhofje in 1900. Door de bouw van dat hofje bestaat het gehele St. Pietershof sindsdien in feite uit drie binnenhoven.
De zuidvleugel van de noordelijke vleugel/Rozenhofje.
De ruimte in de voormalige noordvleugel, aansluitend aan de venduezaal in de oostvleugel, was
waarschijnlijk tot 1720 in gebruik als moederskamer. Ook daarvan is bekend, dat dit vertrek op
een rijke inrichting kon bogen. Een eiken renaissance beeldenkast en idem wanddelen van deze kamer,
van rijk bewerkte ornamenten en snijwerk voorzien, zijn nu opgesteld in het Westfries Museum.
In deze vleugel is ook de niet historisch ingerichte recreatiezaal ondergebracht. In de wanden
ervan zijn wandsiertegels ingemetseld, zowel solitair als onderdeel van tegelpanelen, verzameld uit
het hele hof.
Enige solitaire wandtegels.
Eén der tegelpanelen.
De gevel aan de hofzijde is in de jaren 1746-1747 afgebroken en heeft een geheel ander front gekregen. Later is de gevel nog gepleisterd, totdat in 1900 wederom de gevel gesloopt en vervangen werd door een gevel in het kader van de bouw van het Rozenhofje.